25 jaar werk-jubileum/post 4
interview
Jetske Zijlstra, 25 jaar coach en therapeut, is de belemmering voorbij
Licht en ruimte in het verhaal van de ander
Er valt meer te vieren dan het jubileum alleen. Toen Jetske Zijlstra vijfentwintig jaar geleden als coach en therapeut begon was ze niet meteen zeker van haar draagkracht. Die twijfel werd met de jaren een troef. “Ik ben niet anders dan mijn klanten.”
Volgt Jetske Zijlstra het spoor terug, dan komt ze uit in de kroeg. In het Enschedese café Het Bolwerk om precies te zijn, waar ze samen met stadgenoot Marieke Hagemans ooit de legendarische Bolwerktrofee in de wacht sleepte. Marieke zong een smartlap, Jetske begeleidde haar op de piano. Ze voelde: die kant moet het op. Want naar richting was ze op zoek, na negen jaar middelbare school, een jaar in het buitenland en een halfhartige keuze voor een opleiding fysiotherapie, in het voetspoor van haar moeder. “Het was me allemaal veel te technisch.”
Het creatieve vuur ging na dat optreden van de waakvlam. “Ik voelde dat daar veel energie zat. Ik heb altijd veel met muziek gedaan, maar zag mezelf geen beroepsmusicus worden. Zoals ik ook de kunstacademie wel aantrekkelijk maar net een te spannende keuze vond.” De opleiding muziektherapie aan het conservatorium in Enschede bleek een alternatief met het beste van twee werelden. Jetske Zijlstra: “Het was één groot feest. Ook al was de opleiding nog niet zo goed als nu. Dat weet ik omdat ik er nu zelf les geef.”
Eenmaal afgestudeerd viel alles nog niet meteen op zijn plek. Wat ze wel zeker wist: liever niet in het keurslijf van een organisatie. Zoveel was haar in haar eerste baan als vervanger wel duidelijk geworden. “Ik vond het beklemmend. Als ik eerlijk ben had ik ook nog niet het idee dat ik op mijn taak was berekend. Het voelde nog niet alsof ik mijn bestemming had gevonden.”
De noodzaak van aandacht
In 1995 begon ze haar eigen bedrijf. “Ik kom uit een ondernemersfamilie, weet welke vrijheden het geeft.” Van die stap naar zelfstandigheid heeft ze nooit een seconde spijt gehad, vertelt ze. “Je hoeft alleen verantwoording af te leggen aan jezelf. Je kunt je ontwikkelen in de richting die goed voelt.” De koers werd bepaald door wat zich aandiende. “Soms zien mensen een kwaliteit in je die je zelf nog niet ziet, en vragen ze je voor een opdracht of samenwerking. Dan zei ik altijd ‘ja’. Maar nooit komt iets zomaar op je pad. Het bracht me altijd tot verdieping, een steeds helderder koers en dichter bij de kern. Dat zie je achteraf pas goed.”
Hoewel de vorm niet meteen duidelijk was stond de inhoud haar des te scherper voor ogen. “Waar ik mee bezig wilde zijn: wat is de kern van het verhaal van de ander? Hoe kun je daar licht en ruimte in brengen, en dat proces begeleiden.” Wat ze vooral wilde bieden, zegt ze met nadruk, is aandacht. Hoe wezenlijk dat is weet ze uit haar eigen jeugd. Het verhaal van haar moeder – het Indische verleden, de tijd in het jappenkamp – mocht er niet zijn. Jetske zag hoe ze daaronder leed. “Zozeer moest ze zichzelf wegcijferen dat ze evenmin in staat was om aandacht te géven.” Behalve thuis miste Jetske ook op school oprechte bekommernis. “Ik heb altijd een belemmering gevoeld om dat wat er in mij zit, te mogen laten zijn.”
Liefde vinden
Deze ervaringen zijn de belangrijkste drijfveer geworden in haar werk. “De hele reis die ik tot nu toe heb gemaakt gaat eigenlijk over het vinden van liefde. Over zelfcompassie, je kwetsbaarheid en angsten onder ogen komen en die leren te dragen, in plaats van te onderdrukken. Zodat je ook compassie en liefde kunt geven aan anderen en diep contact durft aan te gaan. Dat was voor mij een pittige weg. Met een lastige innerlijke criticus in mijn nek die maar weinig vertrouwen had en ook wel zo zijn vraagtekens zette: ‘En jij werkt met mensen? Noem je dit begeleiden?’ Nooit was het goed genoeg. Maar juist die eigen worsteling hield mij gaande. Ik wilde het doorgronden, doorleven en op een gezonde manier eruit komen. Ik had een missie.”
Dat uitte zich ook in haar aanpak van training en coaching in organisaties – de richting waarin ze aanvankelijk werd getrokken. Jetske Zijlstra merkte dat organisaties zich vaak richten op het individu, op het verbeteren van competenties en gedrag. Zij wilde verder kijken dan die ene persoon. “De dynamiek in relaties en het systeem is vaak heel krachtig, die moet je altijd meenemen. Dat betekent dat je ook leidinggevenden of collega’s in het verhaal moet betrekken.” Ze is het blijven doen, wanneer ze mensen individueel begeleidt. Ook de relatie met bijvoorbeeld partner, ouder of kind komt aan bod.
Weerstand waardevolle informatiebron
Dankzij inzichten als deze was haar periode als trainer een leerzame tijd. Toch begon er na verloop van tijd iets te wringen. “Je raakt zaken aan bij mensen en dan ben je weg.” Ze wilde intensiever bij een ontwikkelingsproces betrokken zijn en die wens bracht het therapeutschap weer dichterbij. Zo ondervond ze bij zichzelf wat ook voor haar klanten geldt: dat weerstand een waardevolle informatiebron is.
Ze komt het vaak tegen, vertelt ze, soms nog voordat iemand goed en wel is gaan zitten. “Dan doet hij of zij bijvoorbeeld schamper over een boektitel hier in de kast, als ‘Thuiskomen in jezelf’. ‘Wie in jou heeft daar een oordeel over’, wil ik vervolgens weten. Dat is dan de kracht die vindt dat het allemaal niet te soft moet worden, dat het wel een beetje concreet moet blijven. Die krachten moet je niet negeren of afwijzen, maar vooral honoreren. Juist daardoor kun je bij de kwetsbaarheid komen die erachter ligt.”
Kwetsbaarheid van twee kanten
Het gebeurt ook, zegt Jetske Zijlstra, dat een klant haar confronteert met een zeker onvermogen bij zichzelf, omdat ze het niet goed weet. “Dat heb je soms juist nodig. Omdat het uitnodigt tot verdieping. Ik ben me als therapeut voortdurend aan het bijscholen en ontwikkelen. Mezelf steeds verder aan het afpellen om anderen effectief te kunnen begeleiden.” De kwetsbaarheid moet van twee kanten komen, maakt ze duidelijk. “Het is belangrijk dat ik zelf echt in contact ben. Het moet ook gaan over wat er tussen mij en de klant gebeurt.”
Mensen schakelen haar in omdat ze vastlopen in hun persoonlijke leven of in hun werk, individueel of relationeel, en daar in hun eentje niet uitkomen. Zijlstra’s aanpak is ervaringsgericht, wat in het kort neerkomt op doen en ervaren in plaats van praten over. “Een situatie wordt bijvoorbeeld letterlijk in de ruimte opgesteld. Zodra iemand daar instapt doet alles mee. Ook het lijf, waarin trauma’s en ervaringen zijn opgeslagen. Het lichaam weet heel veel. De kracht van de ervaring brengt je bij dat onbewuste, waarin veel antwoorden liggen besloten.”
Cirkel rond
Naast haar eigen praktijk geeft Jetske Zijlstra sinds vorig jaar lessen ‘zelfervaring’ aan studenten muziektherapie op ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten. “Een fantastisch woord, zelfervaring. Studenten reflecteren op zichzelf. Waarom doe, denk en voel ik zoals ik doe? In mijn tijd was daar totaal geen aandacht voor.” Als senior terug bij de junioren van wie ze er zelf ooit een was: daarmee is een cirkel rond. Het grootste verschil is volgens Jetske Zijlstra dat de studenten van nu “veel meer gewend zijn om naar zichzelf te kijken en zich daarover te uiten. Ik zie daarin veel meer gemak. Maar dat betekent nog niet dat zij net zo kunnen denken en handelen als ik nu kan. Ik moet echt terugschakelen.”
Sinds ze les geeft is de muziek ook weer terug in haar werk. “Daar hoopte ik op. Ik voelde eerder een zekere schroom om muziek in te zetten. Alsof het niet mocht. Ik snap zelf ook niet zo goed waar dat vandaan kwam.” Inmiddels ervaart ze de kracht van muziek regelmatig. Wanneer ze bij sessies improviseert op de piano, of mensen zichzelf laat presenteren aan de hand van muziek. “Of we gaan lekker samen zingen.” Ook privé stroomt de creativiteit meer dan ooit, in muziek, zingen en schrijven. “Ik werk aan een boek over mijn moeder.”
Het vieren waard
De vrijheid die ze in zichzelf voelt weerspiegelt zich in haar werk. “Het was niet vanzelfsprekend dat ik dit jubileum zou halen. Ik heb nog lang het gevoel gehad liever aan de andere kant te willen zitten. Dat ik nog niet genoeg drager kon zijn.” Als een klant tegen haar zegt: ‘Wat fijn dat jij bestaat’, betekent dat voor haar veel meer dan een compliment. “Dat ik de bedding heb om er voor anderen te kunnen zijn, met totale, onvoorwaardelijke aandacht, voelt als een overwinning. Die mijlpaal wil ik vieren.”
November 2020, Ingrid Bosman